Kennisplatform
Nieuw: Let op! Wij-leren.nl lanceert nieuwe website

Factoren die het schoolloopbaansucces beïnvloeden bij leerlingen in het voortgezet onderwijs: de rol van gedragsproblemen in speciaal onderwijs

Geplaatst op 22 augustus 2024

Het succes van leerlingen in het voortgezet onderwijs (VO) wordt door verschillende factoren beïnvloed, waarbij gedragsproblemen een significante rol spelen, vooral bij leerlingen in het speciaal onderwijs (SO). Dit artikel onderzoekt de belangrijkste factoren die bijdragen aan het schoolloopbaansucces van leerlingen in het VO en analyseert de impact van gedragsproblemen op hun prestaties en ontwikkeling. We zullen ook strategieën bespreken om deze uitdagingen te adresseren en het schoolloopbaansucces te verbeteren.

Factoren die het Schoolloopbaansucces Beïnvloeden

1. Onderwijskwaliteit

Een van de belangrijkste factoren die het schoolloopbaansucces beïnvloedt, is de kwaliteit van het onderwijs. Kwalitatief goed onderwijs is essentieel voor het ontwikkelen van de kennis en vaardigheden die leerlingen nodig hebben om succesvol te zijn in hun opleiding. Dit omvat:

  • Gekwalificeerde Leraren: Leraren met de juiste opleiding en ervaring kunnen beter inspelen op de behoeften van leerlingen en effectief lesgeven.
  • Onderwijsstrategieën en Methodologieën: Het gebruik van bewezen onderwijsmethoden en strategieën kan helpen om leerresultaten te verbeteren en leerlingen beter te ondersteunen.

2. Leerlingmotivatie en Betrokkenheid

Motivatie en betrokkenheid spelen een cruciale rol in het schoolloopbaansucces. Leerlingen die gemotiveerd zijn en zich betrokken voelen bij hun onderwijs, hebben meer kans om goed te presteren. Factoren die motivatie en betrokkenheid beïnvloeden zijn:

  • Relevantie van het Onderwijs: Als leerlingen de inhoud van hun lessen relevant vinden voor hun toekomst, zijn ze meer gemotiveerd om te leren.
  • Ondersteuning en Erkenning: Positieve feedback en erkenning van hun inspanningen kunnen de motivatie en betrokkenheid van leerlingen verhogen.

3. Thuisomgeving en Ondersteuning

De rol van de thuisomgeving en de ondersteuning die leerlingen van hun gezin ontvangen, is eveneens van groot belang. Een ondersteunende thuisomgeving kan bijdragen aan het schoolloopbaansucces door:

  • Hulp bij Huiswerk en Studie: Ouders die actief betrokken zijn bij de studie van hun kinderen kunnen hen beter ondersteunen en begeleiden.
  • Emotionele Steun: Een positieve en ondersteunende thuisomgeving kan helpen om emotionele problemen en stress te verminderen, wat het leren bevorderd.

4. Persoonlijke Eigenschappen en Vaardigheden

Persoonlijke eigenschappen zoals doorzettingsvermogen, zelfdiscipline en organisatietalent hebben invloed op het schoolloopbaansucces. Leerlingen die deze eigenschappen ontwikkelen, kunnen beter omgaan met de uitdagingen van hun opleiding en hun doelen bereiken.

5. Gedragsproblemen en Hun Invloed

Gedragsproblemen kunnen aanzienlijke barrières vormen voor schoolloopbaansucces, vooral voor leerlingen in het speciaal onderwijs. Gedragsproblemen kunnen variëren van aandachtsproblemen en hyperactiviteit tot ernstigere emotionele en gedragsstoornissen. De impact van gedragsproblemen op het schoolloopbaansucces omvat:

  • Verstoorde Leerervaringen: Gedragsproblemen kunnen leiden tot verstoringen in de klas, wat het leerklimaat en de onderwijsresultaten kan beïnvloeden.
  • Moeite met Sociale Integratie: Leerlingen met gedragsproblemen kunnen moeite hebben met sociale interacties, wat hun relaties met leeftijdsgenoten en leraren kan beïnvloeden.
  • Lagere Academische Prestaties: Gedragsproblemen kunnen de academische prestaties verminderen door een negatieve invloed op concentratie en leervaardigheden.

Strategieën om Gedragsproblemen te Adresseren en Schoolloopbaansucces te Verbeteren

Om de impact van gedragsproblemen op het schoolloopbaansucces te verminderen, kunnen scholen en leraren verschillende strategieën toepassen:

1. Gedragsinterventies en -ondersteuning

  • Individuele Begeleiding: Bied individuele begeleiding aan leerlingen met gedragsproblemen om hen te helpen bij het ontwikkelen van coping-strategieën en sociale vaardigheden.
  • Gedragsmanagementprogramma’s: Implementeer programma’s voor gedragsmanagement die gericht zijn op het bevorderen van positief gedrag en het verminderen van storend gedrag in de klas.

2. Differentiatie en Differentiële Instructie

  • Aangepaste Lesmethoden: Pas lesmethoden en instructies aan op de behoeften van leerlingen met gedragsproblemen om hen beter te ondersteunen in hun leerproces.
  • Extra Ondersteuning: Bied extra ondersteuning en begeleiding aan leerlingen die moeite hebben met specifieke onderdelen van hun opleiding.

3. Samenwerking met Ouders en Zorgprofessionals

  • Ouderbetrokkenheid: Betrek ouders bij het onderwijsproces door regelmatig overleg en feedback te geven over de voortgang en uitdagingen van hun kinderen.
  • Samenwerking met Zorgprofessionals: Werk samen met zorgprofessionals zoals psychologen en orthopedagogen om een holistische benadering van ondersteuning en interventie te waarborgen.

4. Positieve Leeromgeving Creëren

  • Motiverende en Ondersteunende Omgeving: Creëer een positieve en ondersteunende leeromgeving die leerlingen aanmoedigt om hun best te doen en zich veilig te voelen.
  • Erkenning en Beloning: Erken en beloon positief gedrag en academische prestaties om leerlingen te motiveren en hun zelfvertrouwen te vergroten.

5. Preventieve Maatregelen en Vroegtijdige Interventie

  • Vroegtijdige Signalering: Identificeer en adresseer gedragsproblemen vroegtijdig om te voorkomen dat ze escaleren en een groter probleem worden.
  • Preventieprogramma’s: Implementeer preventieprogramma’s gericht op het bevorderen van sociaal-emotionele vaardigheden en het voorkomen van gedragsproblemen.

Voorbeelden van Succesvolle Aanpakken

Enkele scholen hebben met succes strategieën geïmplementeerd om gedragsproblemen te verminderen en het schoolloopbaansucces te verbeteren:

  1. Gedragsinterventieprogramma’s:

    Scholen hebben programma’s ontwikkeld die gericht zijn op het verbeteren van gedragsmanagement en het bevorderen van sociaal-emotionele vaardigheden. Deze programma’s helpen leerlingen om beter om te gaan met hun emoties en gedragingen, wat resulteert in verbeterde prestaties en minder verstoringen in de klas.

  2. Holistische Ondersteuning:

    Scholen die een holistische benadering van ondersteuning toepassen, waarbij zowel academische als emotionele behoeften worden aangepakt, hebben positieve resultaten gezien. Door samenwerking tussen leraren, ouders en zorgprofessionals kunnen leerlingen beter worden ondersteund in hun ontwikkeling.

  3. Positieve Leeromgevingen:

    Het creëren van een positieve leeromgeving met veel aandacht voor erkenning en beloning van positieve gedragingen heeft geleid tot verbeterde motivatie en betrokkenheid van leerlingen. Dit bevordert een gunstig leerklimaat en vermindert gedragsproblemen.

Conclusie

 

De factoren die het schoolloopbaansucces beïnvloeden zijn divers en complex, waarbij gedragsproblemen een belangrijke rol spelen, vooral voor leerlingen in het speciaal onderwijs. Door te investeren in kwalitatief onderwijs, motivatie en betrokkenheid, een ondersteunende thuisomgeving, en effectieve strategieën voor het omgaan met gedragsproblemen, kunnen scholen het schoolloopbaansucces van hun leerlingen aanzienlijk verbeteren. Het implementeren van gerichte interventies, het bevorderen van positieve leeromgevingen, en het versterken van samenwerking met ouders en zorgprofessionals zijn cruciale stappen om de uitdagingen te adresseren en leerlingen te helpen hun volledige potentieel te bereiken.

Geraadpleegde bronnen

  • Bakker, J., Denessen, E., Dennisen, M., & Oolbekkink-Marchand, H. (2013). Lerareen en ouderbetrokkenheid. een reviewstudie naar de effectiviteit van ouderbetrokkenheid en de rol die leraren daarbij kunnen vervullen. Nijmegen: Radboud Universiteit.
  • Boekaerts, M., Pintrich, P.R., & Zeidner, M (eds) (1999). Handbook of selfregulation. Orlando/New York: Academic Press.
  • Borghans, L., Diris, R., & Ter Weel, B. (2014). Investeringen in persoonlijke ontwikkeling verbeteren sociaal-economische uitkomsten. Den Haag: Centraal Planbureau.
  • Bijstra, J. O. (2013). Na de speciale school. uitstroomgegevens van twee regionale expertisecentra cluster 4. Nieuw Meesterschap, (2), 22-28.
  • Crisp, G., Doran, E., & Salis Reyes, N. A. (2017). Predicting graduation rates at 4-year broad access institutions using a bayesian modeling approach. Research in Higher Education, DOI 10.1007/s11162-017-9459-x
  • Duncan, G. J., & Murnane, R. J. (2014). Meeting the educational challenges of income inequality. Phi Delta Kappan, 95(7), 50-54.
  • Duncan, G. J., & Murnane, R. J. (2016). Rising inequality in family incomes and children's educational outcomes. RSF: The Russell Sage Foundation Journal of the Social Sciences, 2(2), 142-158.
  • Evaluatiecommissie Passend Onderwijs. (2011). Aanbevelingen bij het wetsvoorstel passend onderwijs. Den Haag: ECPO.
  • Fossen, M. W. E. B. (2005). Invloeden op de onderwijspositie van leerlingen bij de overgang van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs. Dissertatie SCO-Kohnstamm Instituut, Universiteit van Amsterdam.
  • Garon-Carrier, G., Boivin, M., Guay, F., Kovas, Y., Dionne, G., Lemelin, J., et al. (2016). Intrinsic motivation and achievement in mathematics in elementary school: A longitudinal investigation of their association. Child Development, 87(1), 165-175.
  • Herrnstein, R. J., & Murray, C. (1994). The bell curve. inteliligence and class structure in american life. New York: Free Press.
  • Hollenberg, J., Keuning, J., & Meijer, J. (2016). Gebruik van toetsen bij het plannen van leerroutes. Amsterdam: Kohnstamm Instituut.
  • Inspectie van het Onderwijs (2013, 2014, 2015). De staat van het onderwijs. Utrecht: Inspectie van het Onderwijs
  • Kaldenbach, Y. (2007). Hierarchische analyse van de WISC-III nader toegelciht: Vragen en antwoorden. Kind en Adolescent Praktijk, 6(2), 58-66.
  • Meijer, J., & Elshout, J. J. (2001). The predictive and discriminant validity of the zone of proximal development. British Journal of Educational Psychology, 71, 93-113.
  • Meijer, J., Oostdam, R., & Sluis, S. v. d. (2002). A feasibility study into incremental predictive validity of dynamic assessment of verbal-reasoning ability. In G. M. v. d. Aalsvoort, W. C. M. Resing & A. J. J. M. Ruijssenaars (Eds.), Learning potential assessment and cognitive training: Actual research and perspectives in theory building and methodology (pp. 273-291). Oxford: Elsevier.
  • Meijer, J., Fossen, M. W. E. B., Putten, C. M. v., & Leij, A. v. d. (2006). Social-emotional characteristics and special educational needs. European Journal of Psychology of Education, 21(4), 385-400.
  • Meijer, J., & Roeleveld, J. (2011). Cognitieve reserves bij doelgroepleerlingen. In J. Roeleveld, G. Driessen, G. Ledoux, J. Cuppen & J. Meijer (Eds.), Doelgroepleerlingen in het basisonderwijs (pp. 127-148). Amsterdam: Kohnstamm Instituut.
  • Neisser, U., Boodoo, G., Bouchard, T. J., Boykin, A. W., Brody, N., Ceci, S. J., et al. (1996). Intelligence: Knowns and unknowns. American Psychologist, 51(2), 77-101.
  • Nisbett, R. E., Aronson, J., Blair, C., Dickens, W., Flynn, J., Halpern, D. F., et al. (2012). Group differences in IQ are best understood as environmental in origin. American psychologist, 67(6), 503-504.
  • Pameijer, N. (2012). Waarom een ontwikkelingsperspectief meer is dan IQ en leerrendement. Orthopedagogiek: Onderzoek En Praktijk, (50), 461-472. zie ook: Pameijer, N. (2014). Waarom een ontwikkelingsperspectief meer is dan IQ en leerrendement. Geraadpleegd op 31-10-2017, van https://wij-leren.nl/iq-test-passend-onderwijs.php
  • Petit, R. (2016). De veranderende rol van ouders. http://www.canonberoepsonderwijs.nl/Ouderbetrokkenheid-bij-loopbaankeuzes
  • Putnam, R. D. (2015). Our kids: The american dream in crisis. New York: Simon & Schuster.
  • Resing, W., & Drenth, P. (2007). Intelligentie: Weten en meten. Amsterdam: Amsterdam Nieuwezijds.
  • Resing, W. (1990). Intelligentie en leerpotentieel. Amsterdam, Dissertatie Vrije Universiteit.
  • Roos, M. de, & Bloem, M. (2014). Uit het voortgezet speciaal onderwijs, en dan? ‘s Gravenhage: Centraal Bureau voor de Statistiek
  • Vygotsky, L. S. (1964). Denken und sprechen. Berlin: Akademie-Verlag.
  • Weiss, L. G., Saklofske, D. H., Prifitera, A., & Holdnack, J. A. (2006). WISCIV advanced clinical interpretation. Oxford: Elsevier Academic Press.
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.