Wat zijn de (leerling)opbrengsten van werken met een weektaak in groep 2?
Geplaatst op 11 juli 2024
Inleiding
In het basisonderwijs worden op verschillende scholen weektaken geïmplementeerd, ook bij kleuters in groep 2. Deze aanpak is bedoeld om metacognitieve vaardigheden zoals plannen en zelfsturend leren te ontwikkelen. Er bestaat echter geen wetenschappelijke consensus over de effectiviteit van weektaken voor kleuters. Dit artikel onderzoekt de potentiële opbrengsten van weektaken in groep 2 en verkent kritische perspectieven op deze onderwijspraktijk.
Achtergrond
Weektaken zijn historisch geworteld in het onderwijs, geïntroduceerd door onderwijsvernieuwers zoals Helen Parkhurst met haar Dalton Plan. Oorspronkelijk bedoeld voor oudere kinderen, hebben weektaken hun weg gevonden naar de vroege schooljaren, met aanpassingen zoals visuele taakborden voor kleuters om de uitvoering te vergemakkelijken (Berends & Wolthuis, 2014).
Beoogde Opbrengsten
-
Metacognitieve Vaardigheden: Een van de voornaamste doelen van weektaken is het ontwikkelen van metacognitieve vaardigheden. Dit omvat het vermogen van kinderen om te plannen, ordenen, evalueren, reflecteren en zelfsturend te leren. Deze vaardigheden dragen bij aan de zelfstandigheid en verantwoordelijkheidsgevoel van leerlingen.
-
Zelfstandigheid: Weektaken bieden een structuur waarin kinderen keuzes kunnen maken en verantwoordelijkheid dragen voor hun leerproces. Dit bevordert het gevoel van eigenaarschap en zelfregulatie bij kleuters, wat cruciaal is voor hun ontwikkeling.
-
Organisatorisch Doel: Naast pedagogische voordelen biedt de implementatie van weektaken ook praktische voordelen. Het stelt leerkrachten in staat om gerichte ondersteuning te bieden aan kinderen met verschillende leerbehoeften, terwijl andere leerlingen aan hun taken werken.
Kritische Perspectieven
Dr. Annerieke Boland, lector jonge kind aan Hogeschool iPabo, uit kritiek op het gebruik van weektaken bij kleuters. Ze benadrukt dat plannen voor een hele week geen realistisch doel is voor jonge kinderen. Boland stelt voor dat het leren plannen effectiever kan plaatsvinden binnen de context van speelwerktijd, waarbij kinderen concrete plannen maken voor activiteiten die ze direct zullen uitvoeren (Boland, 2017).
Daarnaast betoogt Boland dat zelfstandigheid bij kleuters vaak al sterk wordt ontwikkeld tijdens hun spelactiviteiten. Ze zijn gewend om zelf hun bezigheden te organiseren in de speelhoek, wat een natuurlijke vorm van zelfstandig werken is. Het idee dat kleuters moeten leren om taken te voltooien die ze misschien niet leuk vinden, ondermijnt volgens Boland de intrinsieke motivatie om te leren en plaatst te veel nadruk op externe motivatie (Boland, 2017).
Onderzoekslacune
Hoewel de theoretische grondslag van weektaken in groep 2 stevig lijkt, ontbreekt het aan empirisch onderzoek naar de specifieke effecten op metacognitieve vaardigheden en zelfstandigheid van kleuters. De praktijk op scholen varieert sterk en er is geen overtuigend bewijs dat weektaken de meest effectieve methode zijn om de gestelde doelen te bereiken.
Conclusie
Het werken met weektaken in groep 2 van het basisonderwijs heeft potentieel om metacognitieve vaardigheden en zelfstandigheid te bevorderen. Echter, er bestaat geen wetenschappelijk bewijs dat aantoont dat dit de meest effectieve aanpak is voor jonge kinderen. Kritische geluiden, zoals die van Dr. Annerieke Boland, benadrukken dat alternatieve benaderingen, zoals geïntegreerde planning tijdens speelwerktijd, mogelijk effectiever zijn voor kleuters. Verdere onderzoek is nodig om de impact van weektaken op leerlingopbrengsten in groep 2 adequaat te beoordelen.
Geraadpleegde bronnen
- Berends, R., & Wolthuis, H. (2014). Focus op Dalton. Deventer: Saxion Dalton University Press.
- Boland, A. (persoonlijke communicatie).
- Hooijmaaijers, T., Stokhof, T., & Verhulst, F. (2016). Ontwikkelingspsychologie voor leerkrachten basisonderwijs. Assen: Koninklijke Van Gorcum.
- McCormack, T., & Atance, C. M. (2011). Planning in young children: A review and synthesis. Developmental Review, 32, 1-31.