Kennisplatform
Nieuw: Let op! Wij-leren.nl lanceert nieuwe website

Het effect van onder- en overadvisering bij het einde van de basisschool

Geplaatst op 21 augustus 2024

Bij het einde van de basisschool krijgen leerlingen vaak een advies over het type voortgezet onderwijs dat het beste bij hen past. Dit advies speelt een cruciale rol in de toekomstige onderwijsloopbaan van leerlingen en kan aanzienlijke gevolgen hebben voor hun academische en sociale ontwikkeling. Het is daarom belangrijk om te begrijpen hoe onder- en overadvisering—waarbij leerlingen onder of over hun werkelijke capaciteiten worden ingeschaald—de kansen en prestaties van leerlingen beïnvloeden. Dit artikel onderzoekt de effecten van onder- en overadvisering en biedt inzichten in hoe scholen en leerkrachten deze problemen kunnen aanpakken om de beste uitkomsten voor hun leerlingen te bevorderen.

Wat is Onder- en Overadvisering?

Onder- en overadvisering verwijzen naar situaties waarin het advies over het vervolgonderwijs van een leerling niet overeenkomt met hun werkelijke capaciteiten en potentieel.

  • Onderadvisering: Dit gebeurt wanneer leerlingen worden geadviseerd voor een lager niveau van voortgezet onderwijs dan wat hun capaciteiten daadwerkelijk zouden toelaten. Dit kan leiden tot een gemiste kans voor leerlingen om hun volledige potentieel te benutten.
  • Overadvisering: Dit gebeurt wanneer leerlingen worden geadviseerd voor een hoger niveau van voortgezet onderwijs dan wat hun werkelijke capaciteiten rechtvaardigen. Dit kan leiden tot verhoogde stress en risico’s op onderprestatie en uitval.

Effecten van Onderadvisering

Onderadvisering kan verschillende negatieve gevolgen hebben voor leerlingen:

1. Beperkte Ontwikkelingskansen

Leerlingen die onderaangewezen worden, kunnen in een minder uitdagende leeromgeving terechtkomen dan nodig is. Dit kan hen beperken in hun academische en persoonlijke groei:

  • Verminderde Motivatie: Leerlingen kunnen hun motivatie verliezen als de lesstof niet voldoende uitdagend is of niet aansluit bij hun interesse en capaciteiten.
  • Gemaakte Kansen: Het missen van de mogelijkheid om op een hoger niveau te presteren kan de ontwikkeling van vaardigheden en kennis belemmeren die essentieel zijn voor toekomstige educatieve en professionele kansen.

2. Zelfbeeld en Zelfvertrouwen

Onderadvisering kan het zelfbeeld en zelfvertrouwen van leerlingen beïnvloeden:

  • Lage Zelfwaardering: Leerlingen kunnen het gevoel hebben dat ze minder competent zijn dan ze daadwerkelijk zijn, wat hun zelfvertrouwen kan schaden.
  • Beperkte Ambities: Een lagere advies kan ervoor zorgen dat leerlingen minder ambitieuze doelen stellen en minder vertrouwen hebben in hun capaciteiten om hogere doelen te bereiken.

Effecten van Overadvisering

Overadvisering kan ook schadelijke gevolgen hebben voor leerlingen:

1. Academische Stress en Onzekerheid

Leerlingen die overaangewezen worden, kunnen te maken krijgen met aanzienlijke academische stress en onzekerheid:

  • Verhoogde Druk: De hogere verwachtingen kunnen leiden tot stress en angst, vooral als leerlingen moeite hebben om aan de academische eisen te voldoen.
  • Risico op Onderprestatie: Leerlingen kunnen onderpresteren omdat de leeromgeving te uitdagend is of de lesstof te complex, wat kan leiden tot lagere cijfers en een negatieve ervaring met school.

2. Uitval en Demotivatie

Overadvisering kan leiden tot hogere uitvalcijfers en demotivatie:

  • Verlies van Interesse: Leerlingen kunnen ontmoedigd raken door de constante strijd om bij te blijven en hun interesse in school verliezen.
  • Hogere Uitval: De stress en demotivatie kunnen uiteindelijk leiden tot voortijdig schoolverlaten of het niet behalen van de diploma’s.

Aanpakken van Onder- en Overadvisering

Om de negatieve effecten van onder- en overadvisering te verminderen, kunnen scholen verschillende strategieën toepassen:

1. Nauwkeurige Evaluatie en Diagnostiek

Een zorgvuldige en nauwkeurige evaluatie van de capaciteiten van leerlingen is essentieel:

  • Holistische Benadering: Gebruik een holistische benadering bij het beoordelen van leerlingen, waarbij niet alleen cijfers, maar ook andere factoren zoals sociale vaardigheden en motivatie worden meegenomen.
  • Toetsen en Observaties: Maak gebruik van een breed scala aan toetsen en observaties om een compleet beeld te krijgen van de vaardigheden en mogelijkheden van leerlingen.

2. Individuele Begeleiding en Ondersteuning

Individuele begeleiding kan helpen bij het afstemmen van adviezen op de capaciteiten van leerlingen:

  • Persoonlijk Advies: Bied persoonlijk advies aan leerlingen en ouders om te bespreken welke onderwijsniveaus het beste passen bij de capaciteiten en ambities van de leerling.
  • Ondersteuningsprogramma’s: Ontwikkel ondersteuningsprogramma’s die gericht zijn op het versterken van zwakke punten en het bevorderen van sterke kanten.

3. Communicatie met Ouders en Leerlingen

Effectieve communicatie met ouders en leerlingen is cruciaal voor het adviseren over de juiste onderwijsniveaus:

  • Informatievoorziening: Voorzie ouders en leerlingen van duidelijke informatie over de criteria voor plaatsing en de implicaties van verschillende onderwijsniveaus.
  • Dialoog: Stimuleer een open dialoog tussen leerkrachten, ouders en leerlingen om gezamenlijk beslissingen te nemen over het vervolgonderwijs.

4. Voorkomen van Vooroordelen

Vermijd vooroordelen en stereotypen die het adviesproces kunnen beïnvloeden:

  • Bewustwording: Zorg ervoor dat leerkrachten zich bewust zijn van hun eigen vooroordelen en dat deze niet de adviezen beïnvloeden.
  • Gelijke Behandeling: Behandel alle leerlingen gelijk en baseer adviezen op objectieve gegevens en observaties.

5. Flexibele Aanpak

Een flexibele aanpak kan helpen om leerlingen te ondersteunen die mogelijk niet volledig passen in een vooraf bepaald advies:

  • Herbeoordeling: Wees bereid om adviezen te herzien als het blijkt dat een leerling beter presteert of moeite heeft met het voorgestelde niveau.
  • Aanpassingen en Ondersteuning: Bied aanpassingen en extra ondersteuning aan leerlingen die zich aanpassen aan een nieuw niveau of extra uitdagingen ondervinden.

Voorbeelden van Succesvolle Aanpakken

Veel scholen hebben effectieve strategieën ontwikkeld om onder- en overadvisering aan te pakken:

  • Datagestuurde Beslissingen: Scholen die datagestuurde beslissingen nemen over plaatsing en advies hebben vaak betere uitkomsten voor hun leerlingen.
  • Ondersteuningsprogramma’s: Programma’s die gericht zijn op het verbeteren van zowel academische als sociale vaardigheden hebben bewezen effectief te zijn in het ondersteunen van leerlingen in hun overgang naar voortgezet onderwijs.

Conclusie

Het correct adviseren van leerlingen aan het einde van de basisschool is van groot belang voor hun toekomstige succes. Onder- en overadvisering kunnen ernstige gevolgen hebben voor hun academische prestaties, zelfvertrouwen en toekomstige kansen. Door nauwkeurige evaluaties, persoonlijke begeleiding, open communicatie en het vermijden van vooroordelen kunnen scholen ervoor zorgen dat hun adviezen recht doen aan de capaciteiten en behoeften van elke leerling.

 

Een doordachte aanpak die rekening houdt met de unieke omstandigheden van iedere leerling kan helpen om een positieve overgang naar het voortgezet onderwijs te waarborgen en bij te dragen aan het behalen van academisch en persoonlijk succes.

Geraadpleegde bronnen

  • Boer, H. de, Bosker, R., & Werf, M. van der (2007). De gevolgen van onder- en overadvisering. In Inspectie van het Onderwijs, Onderadvisering in beeld (pp. 83-92). Utrecht: Inspectie van het Onderwijs.
  • Driessen, G. (2006). Het advies voortgezet onderwijs: is de overadvisering over? Mens en Maatschappij, 81(1), 5-23.
  • Herman, J. L. (1992). What research tells us about good assessment. Educational Leadership, 49(8), 74-78.
  • Hustinx, P. (2002). School careers of pupils of ethnic minority background after the transition to secondary education: Is the ethnic factor always negative? Educational Research and Evaluation, 8, 169-195.
  • Levinson, C. Y. (2000). Student assessment in eight counties. Educational Leadership, 57(5), 58-61.
  • Mulder, L., Roeleveld, J., & Vierke, H. (2007). Onderbenutting van capaciteiten in basis- en voortgezet onderwijs. Den Haag: Onderwijsraad.
  • Oomens, M., Scholten, F., & Luyten, H. (2013). Evaluatie Wet Eindtoetsing PO. Tussenevaluatie.
  • Popham, W. J. (2001). Teaching to the test. Educational Leadership, 58(6), 16-20.
  • Tesser, P. & Iedema, J. (2001). Rapportage minderheden 2001. Vorderingen op school. Den Haag: SCP.
  • Timmermans, A., Kuyper, H., & van der Werf, G. (2012). Schooladviezen en onderwijsloopbanen. Voorkomen, risicofactoren en gevolgen van onder-en overadvisering, Gronings Instituut voor Onderwijs van Onderwijs, Rijksuniversteit Groningen.
Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.