Kennisplatform
Nieuw: Let op! Wij-leren.nl lanceert nieuwe website

Fonologische zwakte - Speciale hulp bij aanvankelijk schrijven/spelling/dictee -10-

Buijks, J. (2021). Fonologische zwakte - Speciale hulp bij aanvankelijk schrijven/spelling/dictee -10-.
Geraadpleegd op 06-12-2024,
van https://wij-leren.nl/speciale-hulp-aanvankelijk-schrijven-spellen.php
Geplaatst op 24 augustus 2021
speciale hulp aanvankelijk schrijven en spellen

Fonologische incompetentie, het niet kunnen ‘spelen’ met klanken, is in het primair onderwijs een belangrijke oorzaak van bemoeilijkt voorbereidend en aanvankelijk (technisch) lezen en schrijven/spellen. Dit artikel is onderdeel van een serie over hulp bij fonologische problemen in voorbereidend en aanvankelijk lezen en schrijven/spellen. Hier staat een overzicht van alle artikelen, materialen en bronnen.

Fonologische problematiek wreekt zich dikwijls ernstiger in spelling dan in lezen, de omzetting van het auditieve hoorsysteem naar het visuele schriftsysteem is voor fonologisch zwakke kinderen dikwijls moeilijker dan andersom. ‘Bij lezen heb je houvast aan de tekst om een woord te verklanken, bij spelling heb je dit houvast niet en moet je alle woordinformatie uit je geheugen ophalen’.

Spellen vereist een motorische activiteit, plangedrag en meer geheugencapaciteit om de volgorde van de letters te onthouden dan bij lezen’ (Masterplan dyslexie).

Als er spraakproblemen zijn, wordt de spellingsvaardigheid in een dictee nog eens extra negatief beïnvloed, vanwege de gebrekkige spraakproductie en opslag van onvolledige en vervormde klanken, die het foutloos ophalen uit het geheugen verhinderen.

  • Dictee en spelling vereisen nog meer tussenstapjes dan lezen: je moet in het codeerproces de juiste keuze maken van de lettertekens op grond van auditief aangeboden fonemen en tevens de spellingsregels correct toepassen. Spelling is een klanksysteem, waar afspraken over gemaakt zijn. ‘Als de uitspraak uitgangspunt voor de spelling is, moeten bij het leren ervan de klanken uitgangspunt zijn’, aldus Janson (Karels). ‘Dat betekent niet tig keer overschrijven en het visuele beeld als uitgangspunt nemen. Spelling leer je door eerst naar de woorden te luisteren en op basis van die klanken, die klankgroepen en de daarin voorkomende klemtoon te kiezen welke letters nodig zijn om de woorden in je hoofd om te zetten naar letters op papier of beeldscherm’. Bij dit soort complexe procedures heeft het kind met fonologische zwakte de uitgebreide handelende en visuele weg nodig. Uitgebeeld met een denkstappenplan, wat hij op zijn tafel kan leggen en met het voorbeeld van de hardop denkende leerkracht erbij.
  • Het betekent wel, dat het kind, totdat het coderen sneller gaat, niet mee kan doen met het klassikale dictee. Het individueel afnemen van het dictee of in een niveaugroepje kost weliswaar extra onderwijstijd, maar het loont enorm: het kind kan het dicteeproces op zijn eigen manier en in rustig tempo doen en komt daardoor wel tot goede resultaten, dus succeservaringen. En ondertussen wordt hij al doende handiger met de deelstapjes van zijn dictee strategie, die steeds meer verinnerlijkt en vlotter ingezet kunnen worden. Tussenstappen kunnen dan weggelaten worden, waarmee de verwerkingstijd gereduceerd wordt. Hij krijgt het automatiseren in een individuele setting of in een klein groepje gelijkgezinden beter onder de knie, dan als hij steeds in klassikaal verband met tijdsdruk, stress en fouten op zijn dictees moet zwoegen.
  • Bij fonetische dictees is volledige, gedeeltelijke of geclusterde verklanking de aangewezen strategie. Bij niet fonetische dictees moet ook de toepassing van de eerste spellingsregels in de gaten worden gehouden: hoorwoorden, regelwoorden en weetwoorden. Kinderen met fonologische zwakte hebben de visuele spellingsregels van de methode altijd ter inzage nodig. Ook helpend is een individuele spellingskaart (van de methode of zelf gemaakt) met de specifieke moeilijkheden van een kind of een woordenlijst per spellingscategorie. Verder kan er gebruik worden gemaakt van de opzoekboekjes van Braams en Dikibo, de spellingsstappen van de Zuid Vallei of de strategie- en stappenkaarten van meesterharrie.nl (afb. E).
  • Tijdens het maken van een dictee moet het kind de leerkracht aankijken en omgekeerd. Alle klanken van de leerkracht moeten duidelijk uitkomen in een dicteewoord en alle woorden in een dicteezin. Ook de niet benadrukte medeklinkerklanken moeten uitdrukkelijk aangeboden worden, hanteer geen geassimileerde spraak (‘post zegel’ i.p.v. ‘pozzegel’).
  • Bied de dicteewoorden altijd aan in een betekenisvolle context, het kind moet de woorden kennen, kunnen plaatsen en begrijpen, dat vergemakkelijkt het schriftbeeld van woorden en zinnen. Bij dictee en toepassing van spellingsregels is tevens een gedegen gevoel en kennis van woord- en zinsbouw een belangrijke voorwaarde, op die basis kom je makkelijker tot het juist schrijven van woorden en zinnen. In de lessen taalbeschouwing en grammatica moet men hier alert en uitdrukkelijk aandacht aan besteden.

Denkstappen fonetisch dictee (hoorwoorden)

  • Ik luister naar het woord
  • Ik kijk naar juf hoe het woord wordt gevormd met de mond
  • Ik zeg het woord hardop (in later stadium fluisterend)
  • Ik hak het woord met mijn handen, ik zeg de klanken hardop
  • Ik maak de klankgebaren (klank teken koppeling)
  • Ik plak het woord (volgorde van de klanken/letters)
  • Ik ga terug naar de eerste letter (vooraan beginnen)
  • Ik schrijf het woord
  • Ik lees het geschreven woord
  • Ik kijk of het goed is: ik hak en plak nog een keer of ik kijk op de klankmuur

Denkstappen niet fonetisch dictee (regelwoorden, weetwoorden)

  • Ik luister naar het woord
  • Ik kijk naar juf hoe het woord wordt gevormd met de mond
  • Ik zeg het woord hardop (in later stadium fluisterend)
  • Ik hak de eerste letter(s) van het woord met mijn handen, ik zeg de klanken hardop
  • Ik maak de klankgebaren (klank teken koppeling)
  • Ik plak het eerste stukje van het woord, dat weet ik nu al
  • Dat stuk schrijf ik al op, ik schrijf het woord verder op zoals ik het hoor
  • Ik kijk in het schema: wat voor woord is het: een regelwoord of een weetwoord
  • Weetwoord: ik weet het woord of ik zoek het woord op in de woordenlijst
  • Regelwoord: ik kijk welke regel nodig is, ik lees de regel
  • Ik maak het woord (goed) met de regel
  • Ik schrijf het woord op mijn kladpapier, ik zeg het woord
  • Ik schrijf het woord in het net
  • Ik lees het geschreven woord
  • Ik kijk of het goed is: ik gebruik de regel nog eens of ik kijk in de woordenlijst

Denkstappenplan fonetisch dictee

  • luisteren
  • (hardop) nazeggen
  • hakken (helemaal of stukje)
  • opschrijven
  • nakijken: lezen of nog eens hakken

Denkstappenplan niet fonetisch dictee

  • luisteren
  • (hardop) nazeggen
  • hakken (eerste stukje)
  • spellingsregel zoeken, kijken wat je moet doen, in klad opschrijven
  • opschrijven
  • nakijken: lezen of nog eens hakken/spellingsregel toepassen


Afb. E, strategiekaart spelling, meesterharrie.nl

  • Extra visueel-motorische hulp kan zowel binnen als buiten de methode gevonden worden, zeker in het grote aanbod oefeningen op internet en in de software programma’s voor schrijven en spelling. Laat je inspireren door de boeken en websites van Janson, met o.a. rechtstreeks te downloaden spelling- en andere oefenmaterialen, gebaseerd op de visie, dat spelling in eerste instantie een aangelegenheid van klanken is.
  • Daarnaast zijn er remediërende methoden, die inpasbaar zijn in elke lees- en spellingslijn:
    De Zuid Vallei is een aanvullende remediërende methode voor lezen en spelling, met veel visuele en handelende denkstapjes en oefeningen.
    Taal in blokjes is een methode onafhankelijk systeem, dat uitgaat van de klankstructuur, die zichtbaar wordt door het gebruik van gekleurde blokjes.
    In Bloon worden de verschillende spellingsaspecten op woordniveau geoefend en geautomatiseerd met de procedure van het visuele dictee.
    Met de schrijfwerkboekjes van Leeslijn kan basaal geoefend worden en met die van Z-spelling groep 3-4 van Stenvert per spellingsonderdeel.

Hulp bij zwak werkgeheugen

Complicerend bij langdurende niet geautomatiseerde lees- en spellingsprocedures is de overbelasting van het werkgeheugen, wat door stress extra negatief versterkt wordt. Kinderen die lang de spellende strategie nodig hebben, zijn gebaat bij senso-motorische ondersteuning van het onthoudproces om het verbaal-auditieve werkgeheugen te ontlasten.

  • Hanteer allerlei vormen van visueel-motorische ondersteuningstechnieken: natuurlijke gebaren en uitbeelding, tekeningetjes, emoticons, stokmannetjes, picto’s, letterkaart, overzichten en denkschema’s. Kladpapier en pen moeten altijd beschikbaar zijn, zodat een (deel van een) procedure visueel vastgelegd kan worden of een woord/zin even wordt opgeschreven.
  • Geef één opdracht tegelijk en zorg dat de opdracht begrepen is, een goed begrip maakt het onthouden een stuk gemakkelijker. Complexe verbale opdrachten kun je het best opschrijven in hoofdwoorden of tekenen in schema en pas wegdoen, als het kind klaar is met de taak.
  • Een zwak of overbelast werkgeheugen maakt het moeilijk om jezelf goed te controleren. Bij de vergelijking van het resultaat met de oorspronkelijke opdracht moet je namelijk kunnen reconstrueren wat je hebt gedaan. De leerkracht heeft hierbij een belangrijke externe feedbackfunctie en kijkt samen met het kind terug in het leerproces. Doe dat met hulp van een gevisualiseerd denkstappenplan, totdat het kind zich zelf kan controleren, zich voldoende een mentale voorstelling kan maken van een werkwijze/werkplan en dat verbaal kan aansturen (casus 4).

Casus 4
Leerling in groep 7 heeft alle stappen- en hulpplannen verzameld in een losbladig mapje, met een indeling in verschillende categorieën: leeshulpjes, begrijphulpjes, spellingshulpjes, woordlijsten. In de RT les en in de logopedie heeft hij geleerd hoe hij deze hulpjes kan raadplegen en kiezen. De klasleerkracht is steeds op de hoogte en stuurt het kind aan in het gebruiken van de hulpmap. Het kind kan meer en meer zelf uitleggen, dat hij een hulpmap heeft voor lezen, spelling en taal. Hij gaat in het VO zelf de leraren hiervan  op de hoogte brengen, zegt hij dapper.

Heb je vragen over dit thema? Stel ze in de onderwijs community binnen de Wij-leren.nl Academie!

Dossiers

Uw onderwijskundige kennis blijft op peil door 3500+ artikelen.