Coöperatief leren
Arja Kerpel
Redactielid wij-leren.nl l Projectleider bij Wij-spelen.nl
Geraadpleegd op 07-12-2024,
van https://wij-leren.nl/cooperatief-leren-artikel.php
Coöperatief leren heet ook wel samenwerkend leren. Bij coöperatief leren gaat het om de samenwerking tussen sterkere en zwakkere leerlingen. Dit wordt gestimuleerd door coöperatieve werkvormen, waarbij kinderen in heterogene tweetallen of groepjes werken. De kinderen discussiëren samen over de leerstof, ze geven elkaar uitleg en informatie en vullen elkaar aan. Zij zoeken samen naar een oplossing en helpen elkaar.
Kijk voor een actueler artikel over Coöperatief leren - inclusief 5 werkvormen - bij het artikel over coöperatieve leerstrategieën.
De gedachte achter samenwerkend leren is dat zowel de zwakke als de sterke kinderen hiervan leren. De zwakke leerlingen, doordat ze uitleg krijgen en aangemoedigd worden. De sterke leerlingen, omdat zij de stof op een hoger niveau leren beheersen als ze het aan anderen uitleggen.
Bij coöperatief leren is dus niet alleen de lesstof belangrijk, maar ook de samenwerking. Er is dus sprake van een cognitief en een sociaal doel. De achterliggende gedachte van coöperatief leren is dat kinderen niet alleen leren van de interactie met de leerkracht, maar ook van de interactie met elkaar.
Basisprincipes
Coöperatief leren gaat uit van van vier basisprincipes:
- Gelijke deelname
- Individuele aanspreekbaarheid
- Positieve wederzijdse afhankelijkheid
- Simultane interactie
Dit zijn de GIPS-principes, te onthouden aan de eerste letters.
Coöperatieve werkvormen
Er zijn zeventien coöperatieve werkvormen, die de leerkracht kan inzetten in de les. Bijvoorbeeld het woordenweb of de placemat. De werkvormen verschillen in tijdsduur, maar ook in complexiteit. Bij de werkvormen zijn verschillende samenwerkingsvaardigheden nodig. De ene werkvorm is geschikt als startopdracht, terwijl de andere werkvorm een goede verwerkingsopdracht is. Het is belangrijk dat de leerkracht de werkvorm inzet zoals hij bedoelt is, want dan komt hij het beste tot zijn recht.
Voordelen
Coöperatief leren heeft veel voordelen. Het stimuleert de betrokkenheid en een actieve deelname van de leerlingen. Er is veel variatie in werkvormen. De leerlingen leren veel van en met elkaar. Coöperatief leren bevordert ook de sociale vaardigheden en draagt daardoor bij aan een verbeterde sfeer in de groep. De ontwikkeling van sociale vaardigheden verloopt heel natuurlijk.
Coöperatief leren is ook een effectieve vorm van klassenmanagement, want de leerkracht maakt gebruik van het vermogen van leerlingen om elkaar te helpen. En uit onderzoek is gebleken dat het vaak ook een positieve invloed heeft op het zelfvertrouwen van de leerlingen.
(Mogelijke) nadelen
In de praktijk valt het niet altijd mee om coöperatief leren op een goede manier te realiseren in het onderwijs. Leerkrachten moeten daarom opgeleid worden in het gebruik van coöperatief leren. Ook kunnen ze tegen problemen aanlopen, bijvoorbeeld bij het organiseren en begeleiden van groepswerk. Of er kunnen samenwerkingsproblemen zijn tussen de kinderen.
Als een leerkracht al ordeproblemen heeft, dan kan het moeilijk zijn om coöperatief leren goed in te voeren. Maar als een leerkracht regelmatig en systematisch coöperatief leren inzet, dan gaat het steeds beter. Niet iedereen is een geboren talent in het begeleiden van groepswerk. Oefening baart kunst, zowel voor de leerlingen als de leerkracht.
De rol van de leerkracht
Vooraf kiest de leerkracht een les en formuleert hij de leerinhouden en de samenwerkingsvaardigheden. Hij maakt een keuze uit de coöperatieve werkvormen.
Bij de start van de les legt de leerkracht de opdracht uit en vertelt hij aan welke eisen het werk moet voldoen. Hij spreekt ook verwachtingen uit met betrekking tot het gedrag van de leerlingen. De leerkracht besteedt expliciet aandacht aan de samenwerkingsvaardigheid die deze les centraal staat. Het is ook goed om klassikaal afspraken te maken over de manier van praten (volume, respect) en de rolverdeling.
Tijdens de les bewaakt de leerkracht het proces. Hij geeft structuur en begeleidt het groepsproces. Hij stimuleert directe interactie en observeert de leerlingen.
Na de les evalueert de leerkracht met de kinderen de leeruitkomsten en het groepsproces.
Hoe begin je met coöperatief leren?
Als een leerkracht in de klas start met coöperatief leren, is het goed om eerst ervoor te zorgen dat het werken in tweetallen soepel loopt. Laat in eerste instantie kinderen die elkaar kennen met elkaar samenwerken. Maak bij een vervolgactiviteit kleine, heterogene groepen, waarin kinderen samenwerken die gewoonlijk nauwelijks of geen contact met elkaar hebben.
Als dat goed gaat, kies dan een werkvorm waarbij één van de leerlingen verslag moet uitbrengen aan de groep. Loopt dat soepel, dan kan de leerkracht overstappen naar drie- of viertallen, waarbij elk kind een andere rol krijgt. Als de vijf basisvoorwaarden goed gaan, dan kunnen de moeilijkere werkvormen ingezet worden.
Het is heel zinvol om samen met een collega een les voor te bereiden. Draag daarbij observatiepunten aan. De collega komt observeren, terwijl jij je les geeft. Het observeren is gelijk ook leerzaam voor je collega. Bespreek de les samen na, eventueel aan de hand van video-opnames. Formuleer dan verbeterpunten voor de volgende les. Op deze manier maken collega’s optimaal gebruik van elkaars kwaliteiten.
Boeken over coöperatief leren
Coöperatieve werkvormen
Voor elke groep en ieder vak.
Coöperatieve leerstrategieën
Handboek coöperatief leren.