Schorsing is het (tijdelijk) verwijderen van een leerling van de school. Er is onderscheid tussen (tijdelijke) schorsing en verwijdering. Bij tijdelijke schorsing wordt de leerling voor een bepaalde tijd (bijvoorbeeld een week) van school gestuurd. Bij verwijdering wordt de toegang tot de school blijvend ontzegd.
Redenen voor schorsing kunnen zijn: voortdurend storend, agressief gedrag, hevige conflicten of gedrag waardoor de veiligheid van andere leerlingen niet gewaarborgd kan worden.
In het basisonderwijs mag een leerling voor maximaal één week worden geschorst. Wanneer het een leerling betreft die niet op de school gehandhaafd kan worden, wordt er overlegd door de school met het samenwerkingsverband, de leerplichtambtenaar en de ouders en leerling.
In het voortgezet onderwijs mag een school leerlingen maximaal één aaneengesloten week schorsen. De school moet met de inspectie overleggen over de schorsing en over de vormgeving van het onderwijs voor de betreffende leerling tijdens en na de schorsing.
Zie verder:
Inspectie van het Onderwijs - Schorsen en verwijderen in het basisonderwijs
Inspectie van het Onderwijs - Schorsen en verwijderen in het voortgezet onderwijs
Laatst geactualiseerd op 10 december 2021